1931 Congrescentrum en Brabanthallen: ideale mix van kennisdeling en fysiek ontmoeten

1931 Congrescentrum en Brabanthallen ‘s-Hertogenbosch zijn compleet veranderd. Op papier is de uitbreiding van het evenementencomplex de toevoeging van één potloodstreepje. In de praktijk is het een toevoeging van 7.000 vierkante meter, een volledig nieuwe hoofdingang en gigantisch veel extra flexibiliteit en nieuwe mogelijkheden om bijvoorbeeld kennissessies en beurzen met elkaar te combineren.

Robert van Overdijk, directeur Zuid bij Libéma, waar onder andere Brabanthallen en 1931 Congrescentrum ’s-Hertogenbosch deel van uitmaken, leidt ons rond door de nieuwste aanwinst voor de evenementenbranche. Want door de uitbreiding is de Brabanthallen, en daarmee het aangrenzende 1931 Congrescentrum, praktisch gezien een nieuwe locatie. Momenteel wordt het buitenterrein aangepast, waarna de gehele vernieuwing in november 2017 klaar is.

In de video impressie wordt duidelijk wat de nieuwe entree toevoegt aan de locatie.

Waarom was deze vernieuwing nodig?

Robert pakt een velletje papier, en tekent daarop met een pen de plattegrond van het enorme complex. In de oude situatie maken de eerste zes hallen van de Brabanthallen een U-vorm, met de opening van de U aan de linkerzijde. Aan de bovenkant ligt 1931 Congrescentrum, met het monumentale gebouw van de voormalige veemarkt als entree. “Dit is een simplistische weergave van de locatie. Het open gedeelte was het expeditieterrein. De vorm van het gebouw had als nadeel dat bezoekers bij een beurs waarvoor het hele complex werd gebruikt, altijd een rondje heen-en-terug door alle hallen moesten lopen. En wanneer een beurs aan de ene kant was gesitueerd, was het erg lastig om tegelijkertijd een andere beurs aan de andere kant van het complex te plaatsen.”

Met potlood trekt Robert een streep, waarmee hij de U dichtmaakt. “Door hier een overkapping te maken ontstaat een nieuwe hoofdentree, de zevende hal, die alle andere hallen met elkaar verbindt. Behalve een enorme upgrade voor het complex, geeft dit voor de exploitatie heel veel meer mogelijkheden. Met deze uitbreiding van 7000 vierkante meter extra, zijn wij in één klap de derde grootste locatie van Nederland als het gaat om vierkante meters. Er zijn in Nederland maar een paar locaties die de hele grote producties aankunnen, en daar zijn wij er één van. Maar in de beeldvorming van de grote organisatoren van beurzen, met name uit de Randstad, zijn wij niet top of mind. Daarom moeten we blijven investeren, zodat ons complex nog moderner en flexibeler in het gebruik is. En zodat het nog duidelijker wordt dat je voor die grote producties gewoon hier hoort te zijn.”

Dat de nieuwe hoofdentree er ook nog eens heel mooi uitziet, zien we als we hier via de donkere Brabanthal naartoe lopen. Het is een enorme hal die baadt in het daglicht door de hoge glazen pui en grote dakramen. “Je ziet hier duidelijk wat daglicht doet: net liepen we door een donkere hal, waar geen daglicht te zien was. Dit oogt meteen veel vriendelijker.”

Waarom is er niet nog een zevende black box neergezet? Is dat niet handiger voor de verhuur?

“Dan hadden we meer van hetzelfde gehad, in vierkante meters. Wij voorzagen een paar jaar terug al een nieuwe behoefte in de evenementen- en congresmarkt. De eerste is dat het pand apart moet zijn of een bijzonder verhaal moet hebben. De tijd is voorbij dat je een evenement of congres organiseerde in een nietszeggend pand, in een donkere doos zonder enig daglicht. Daarom hebben we zes jaar terug geïnvesteerd in 1931 Congrescentrum ‘s-Hertogenbosch, in het rijksmonument  waar ooit de eerste overdekte veemarkt van Europa huisde. Op woensdag was daar veemarkt, op donderdag paardenmarkt, waar het traditionele handjeklap plaatsvond. En na afloop van de transactie werd zegengeld uitgewisseld en een borreltje gedronken in wat nu het restaurant is. Bij 1931 Congrescentrum begon de veemarkt en later zijn daar de andere hallen van de Brabanthallen aangebouwd. Het is dus een pand met een rijke historie. Die story telling komt in 1931 Congrescentrum op verschillende manieren terug in de bedrijfsvoering, op subtiele wijze. Niet dat we allemaal stoelen met koeienprint hebben. Het is een congrescentrum volgens de allerhoogste standaarden, maar met behoud van alle authentieke elementen.”

“Overal in het pand is daglichttoetreding. Dat geeft een hele andere sfeer en beleving aan het pand en is veel vriendelijker voor mensen die hier een congres bezoeken. En daarnaast is de verhouding tussen de zalen en de ontmoetingsplekken van belang. De meeste locaties hebben de focus op de ‘verhuurbare meters’, waardoor bezoekers in de pauze als haringen in een ton hun kop koffie staan te drinken. 1931 Congrescentrum is anders. Het viel ons op dat kennis delen een groot onderdeel van een congres is, maar de live ontmoeting tussen mensen in de pauze, voorafgaand of na afloop van een event is net zo belangrijk. Dus in 1931 is die verhouding fifty-fifty. Toen we dat ontwerp jaren terug presenteerden zeiden mensen: ‘je bent gek dat je zoveel meters opoffert aan horeca’. Maar we zien dat de markt erop reageert en dat het aanslaat. Vanaf dag 1 is het een enorm succes.”

Maar dat is 1931 Congrescentrum ‘s-Hertogenbosch. Dit is de overkapping van Brabanthallen, het beurzencomplex..

“In het verleden organiseerde men óf een congres, óf een vakbeurs. Tegenwoordig zoeken we steeds vaker de combinatie van kennis delen en aan de andere kant elkaar fysiek ontmoeten, bijvoorbeeld op een beurs. We zien dan ook steeds vaker evenementen waarbij een koppeling wordt gemaakt tussen 1931 Congrescentrum en het beurzencomplex. Dan wordt een deel van het Congrescentrum gebruikt voor kennissessies en grote plenaire sessies, en vindt in een of twee hallen een beurs plaats. Die samensmelting van live ontmoetingsmomenten op een beurs en kennisdeling in het congrescentrum heeft zich de afgelopen jaren bewezen als de kracht van deze locatie.”

Robert loopt verder door de nieuwe entree. Boven alle hallen zijn grote witte doeken gespannen die oplichten met ledverlichting. Hierdoor kan de imposante overkapping in iedere kleur worden uitgelicht. Daarnaast is het ook mogelijk om de naam of het logo van het event op de doeken te projecteren. Via Hal 5 komen we uit in 1931 Congrescentrum, waar de sfeer geheel anders is dan in het beurscomplex. De oude boogconstructie van de veemarkt is hier intact gelaten en gecombineerd met moderne elektrisch verschuifbare wanden. Hierdoor zijn de ruimtes flexibel in te delen. Opvallend zijn de grote dakramen, waardoor je hier overal een prettige lichtinval hebt. En centraal in 1931 ligt een grote ontvangsthal met heel veel break-out ruimte, waar de ontmoetingen plaatsvinden tijdens evenementen. Robert: “Hier krijgen we heel veel positieve reacties op!”

Dat zit vast in meer dan alleen in de ruimte. Hoe zit het met de service?

“Het profiel van deze regio is gastvrijheid en gastronomie. ’s-Hertogenbosch met de bekende restaurantstraatjes, het bourgondische karakter van de stad en de gastvrijheid zijn synoniem aan deze locatie. Ik wil onszelf niet teveel op de borst kloppen, maar ik hoor regelmatig dat organiseren bij ons net even op een andere manier gaat dan organiseren in de Randstad. In de enquêtes die we na afloop van ieder event laten invullen, zien we terug dat we ons onderscheiden met gastgerichtheid en flexibiliteit. Als je het aan de organisers vraagt zullen die zeggen dat hier heel veel kan. Dat is denk ik het gastgerichte karakter dat we in de Brabantse genen hebben. Niet dat we alles weggeven. Maar als je hier iets organiseert, dan moet je het gevoel hebben dat het succes van jouw event ook ons succes is – en omgekeerd. We doen het samen.”